Wanneer we over anderen spreken moet dat de waarheid zijn. Liegen over een ander is roddel. Met opzet liegen om de ander te benadelen heet een vals getuigenis.
Deuteronomium 19-15-19 (NBV)
Wanneer iemand iets fout doet zijn wij misschien gewend te zwijgen. We gaan niet iemand verklikken. Wanneer het echter gaat over ernstige overtredingen, moet er toch over gesproken worden. Volgens een online encyclopedie wordt iemand, die openlijk misstanden aan de kaak stelt, een klokkenluider genoemd. Dat is geen populaire en ook geen ongevaarlijke rol.
Een klokkenluider wordt niet meteen geloofd. In onze Bijbelpassage staat dat een getuigenis van een enkele persoon niet geldig is. Wanneer we een overtreding of misstand van een ander aan de kaak stellen, moet dit controleerbaar zijn. Anderen moeten dit kunnen bevestigen.
Wanneer wij twijfelen aan de handelingen van een ander, laten we dan onze mond houden als er geen anderen zijn die dit kunnen bevestigen.
Het kan voorkomen dat ook anderen dit kunnen bevestigen. Wanneer het niet helemaal zeker is of het getuigenis juist is, moeten nog weer anderen het gaan uitzoeken. Dit moeten ze gaan doen voor het aangezicht van de Here God. Er mag hier geen fout gemaakt worden. De waarheid moet boven tafel komen en God wil daarbij zijn. Waarom?
Allereerst omdat de eventuele leugen een ander ten val zou kunnen brengen. Het kan iemand zijn carièrre kosten, of zijn geloofwaardigheid onder collegae of in zijn gezin. Het is voor God absoluut onaanvaardbaar wanneer een ander onrecht zou worden aangedaan als gevolg van een leugen.
Ten tweede moet aangetoond worden of de getuige betrouwbaar is. Dat moet iedereen weten, zowel de aanklager zelf als de mensen die om hem heen staan. De Heer wil bij twijfel zowel het beste voor de aangeklaagde, als voor de aanklager.
Wanneer blijkt dat de aanklager gelogen heeft en daarmee met opzet een ander ten val wil brengen, dan moet een straf worden opgelegd. Het is niet voldoende dat de waarheid boven tafel is gekomen. Het moet ook voorkomen worden dat het nog een keer gebeurt. Deze straf is erg voor de aanklager en tegelijkertijd een waarschuwing voor de mensen die erover te horen krijgen.
Jezus zegt dat de waarheid ons vrij maakt (Johannes 8:32). Laten we daarom waarheid spreken, vooral wanneer het over anderen gaat.